Grondbeleid

In 2018 is de nota Grondbeleid (2018-2022) vastgesteld. De voorbereidingen om tot een hernieuwde nota grondbeleid te komen zijn begin 2023 on-hold gezet wegens de inwerktreding van de Omgevingswet en daarmee het programmatisch werken. De huidige nota gaat uit van een overwegend faciliterend grondbeleid.
Inmiddels wordt het programmatisch werken onder de Omgevingswet vormgegeven en kan in de op te stellen omgevingsprogramma's worden aangegeven hoe de raad tot uitvoering van de diverse projecten wil komen. Eén specifieke vorm van grondbeleid is derhalve niet meer aan de orde.

Het is wenselijk om meer grip te krijgen op het proces van de (huidige- en) toekomstige ruimtelijke plannen en ontwikkelingen in de gemeente. Hierbij kan worden gedacht aan een actievere deelname binnen de faciliterende rol en meer toepassing van actief grondbeleid. In de diverse omgevingsprogramma's zal hier nader op ingegaan worden in de uitvoeringsparagraaf.

Uitgangspunt voor het huidige beleid is faciliteren en regisseren. De gemeente faciliteert derden in de ontwikkeling van gronden, waarbij ruimtelijke ontwikkelingen zoveel mogelijk worden overgelaten aan de markt. De rol van de gemeente is daarin beperkt tot haar publieke (wettelijke) taken als het vaststellen van het omgevingsplan met bijbehorende toetsing op de uitvoering, het zorgen voor de voorzieningen van openbaar nut en het verhalen van deze kosten. Op deze manier wordt tot nu toe ook invulling gegeven aan de ontwikkelingsprojecten binnen de gemeente. Met name over de mate van regie is de raad niet altijd even tevreden geweest in de afgelopen jaren.

Waar mogelijk zal de gemeente kiezen voor een actief grondbeleid waarbij de gemeente de ontwikkelingen zelf ter hand neemt. Een voorbeeld hiervan is de Broeckgouw en de Purmer. Het actieve grondbeleid moet gepaard gaan met een gezond financieel beleid en een passende risicobeheersing. Om die reden is in 2024 een planeconoom toegevoegd aan team Grondzaken.

Hoe wij omgaan met grond is ondersteunend voor de realisering van maatschappelijke (ruimtelijke) doelen en behoudt van de groenstructuren en uitgifte van grond. De gewenste koers op dat onderdeel is vastgelegd in de Woonvisie 2022-2025. Daarin is opgenomen:
“Uitgangspunt is een evenwichtige opbouw van bevolking en woningvoorraad. Hierbij gaat kwaliteit boven kwantiteit.” Daar ligt voor de komende jaren een belangrijke uitdaging.